

Vrijdag werd het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) over de bekostiging van elektriciteitsinfrastructuur gepresenteerd. Het onderzoek werd vorig jaar bij de Voorjaarsnota opgestart, als reactie op de steeds verder oplopende netkosten. Met het onderzoek wil de minister meer inzicht krijgen in de omvang van de benodigde investeringen in de elektriciteitsinfrastructuur tot 2040, de bekostiging en de financiering hiervan. Er worden concrete beleidsopties genoemd, NLHydrogen ziet veel meer slimme oplossingen door waterstof op grotere schaal in te zetten.
Meer elektrolysecapaciteit is nodig om huidige investeringsprognose te bereiken
Het opwekken van elektriciteit in Nederland is in de toekomst voor het grootste deel weersafhankelijk. Het benutten van waterstof draagt bij aan de noodzakelijke flexibiliteit in het totale energiesysteem. Het IBO-rapport stelt: “Zowel de vraag naar, als het aanbod van elektriciteit blijft de komende jaren sterk stijgen, terwijl het net het tempo van de energietransitie nu al niet kan bijhouden” (p. 15). Daarnaast benadrukt het rapport: “De huidige investeringsprognose is gebaseerd op hoge ambities voor elektrificatie. Ook de ambities voor het gebruik van groen gas, waterstof en warmtenetten moeten worden waargemaakt om de investeringen in het elektriciteitsnet niet verder te laten stijgen.” (p. 30). In toekomstscenario’s wordt uitgegaan van 27GW aan flexibele assets waarvan 15 tot 20GW aan elektrolyse (op netvriendelijke locaties).
NLHydrogen vindt dat additioneel beleid nodig is om de businesscase te verbeteren om de benodigde elektrolyse capaciteit te plaatsen op specifieke locaties. Daarmee kan voorkomen worden dat er, volgens het IBO, 10 miljard aan extra investeringen in het elektriciteitsnet nodig zijn. Eerder heeft CE Delft, in opdracht van NLHydrogen en diverse leden, al aangetoond dat elektrolyse bij aanlanding van wind op zee een netto-positief effect heeft op de totale verzwaringsopgave. Lees CE Delft rapport hier.
Kansen van waterstof op demping netkosten
Meer inzet van waterstof uit diverse bronnen leidt tot een verlaging van de totale netverzwaringsopgave. Zo kunnen groene waterstof, koolstofarme waterstof en geïmporteerde waterstof als toevoeging van het energiesysteem de netkosten verlagen. Dit is nodig omdat de netkosten bij ongewijzigd beleid van 400 euro per huishouden zullen stijgen naar 1100 euro per huishouden in 2040.
Het IBO-rapport stelt dat een verschuiving van 15% van de elektriciteitsvraag naar waterstofgebruik leidt tot een lagere piekbelasting. Hiermee wordt 5% van de totale kosten (195 miljard) in het elektriciteitsnet bespaard. Een verschuiving van 30% van de elektriciteitsvraag naar waterstof leidt tot een besparing van 12% van de totale kosten. Hiervoor is het van belang dat onzekerheden over de toekomst van waterstof worden weggenomen.
Alice Krekt, directeur van NLHydrogen, ziet kansen: “Het PBL heeft recent een overzicht uitgebracht van de uitdagingen waar de waterstofmarkt voor staat. Vanuit de markt zien we genoeg oplossingen en met de enorme verzwaringsopgave die voor ons ligt kunnen we het ons niet veroorloven om met een betrekkelijk smalle blik naar mogelijkheden van de mondiale waterstofeconomie te kijken.”