Foto van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei
Afgelopen vrijdag bezocht minister Hermans, op uitnodiging van NLHydrogen, twee leden van NLHydrogen in Zeeland: Yara Sluiskil en Zeeland Refinery. Dit werkbezoek benadrukte het belang van samenwerking binnen de industrie om een duurzame waterstofeconomie te ontwikkelen. Met de aanwezigheid van partners als North Sea Port en Ørsted werd een breed scala aan uitdagingen en kansen besproken, van industriële verplichtingen tot elektrolyseprojecten.
De dag begon bij Yara Sluiskil, waar de delegatie een kijkje nam bij de U7-fabriek en van een prachtig uitzicht over het terrein kon genieten. Tijdens dit bezoek werd het complexe vraagstuk van de industriële verplichting rondom groene waterstof belicht. Yara benadrukte de druk waaronder de Europese ammoniakindustrie staat en de noodzaak om niet eenzijdig verplichtingen op te leggen. Het bedrijf stelt voor om productketens te ontwikkelen waarin de eindgebruiker een deel van de meerkosten draagt. Dit draagt niet alleen bij aan het behoud van regionale werkgelegenheid, maar versterkt ook de strategische autonomie op het gebied van voedsel en energie.
Foto van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei
Na het bezoek bij Yara Sluiskil verplaatste de groep zich per bus naar Zeeland Refinery. In de bus gaf Ørsted een presentatie over haar elektrolyseprojecten in Nederland. Ørsted illustreerde de rol van elektrolysers als belangrijke schakel in een CO₂-vrij energiesysteem en benadrukte het belang van kostenreflectieve nettarieven om een haalbare businesscase voor waterstofproductie te ondersteunen. De hoge netkosten maken de productie van waterstof met elektrolysers financieel uitdagend, wat de groei van deze technologie bemoeilijkt. NLHydrogen beveelt daarom lagere nettarieven aan, gekoppeld aan voorwaarden die ervoor zorgen dat elektrolysers bijdragen aan vermindering van netcongestie.
Ook de Delta Rhine Corridor kwam aan bod. Deze corridor is essentieel voor het transport van lokaal geproduceerde en geïmporteerde waterstof binnen Nederland en naar Duitsland en België. De corridor verbindt grote industriële clusters en versterkt Nederland als een centrale speler in de Europese energietransitie. Het nieuws dat de realisatie van de corridor is uitgesteld naar ten minste 2032 brengt deze ontwikkelingen echter in gevaar. NLHydrogen benadrukte dat het cruciaal is om deze vertraging te minimaliseren en waterstof- en CO₂-leidingen prioriteit te geven. Dit zou bijdragen aan de tijdige beschikbaarheid van de waterstofleiding en het opschalen van de markt.
Bij aankomst bij Zeeland Refinery volgde een uitgebreide tour over het terrein. Deze locatie speelt door zijn ligging en mogelijkheden voor grootschalige waterstofproductie een strategische rol in de waterstoftransitie. Een belangrijk onderwerp bij Zeeland Refinery was daarnaast de raffinageroute. Bij afwezigheid van een grootschalige markt voor direct gebruik van waterstof in mobiliteit biedt de raffinageroute op korte termijn de meeste kans om investeringen in grootschalige elektrolyse en importterminals te realiseren. NLHydrogen en haar leden uiten hun zorg over de aankondiging van nieuw beleid die deze raffinageroute financieel onrendabel dreigen te maken. Dit kan investeringsbesluiten (FID’s) uitstellen en de realisatie van fabrieken vertragen, met mogelijk negatieve gevolgen voor de 2030-doelstellingen. Zeeland Refinery benadrukte dat er technisch al grote stappen gezet kunnen worden richting de CO₂-reductiedoelen, waarbij de geplande 300 MW-elektrolyser een cruciale rol kan spelen, mits de businesscase gunstiger wordt.
Foto van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei
Het werkbezoek onderstreepte het belang van samenwerking tussen industrie, overheid en energieleveranciers om de ambities voor een duurzame waterstofeconomie te verwezenlijken. Met gedeelde inzichten en een gezamenlijke focus op haalbaarheid werkt NLHydrogen samen met partners aan een toekomst waarin waterstof een sleutelrol speelt in de verduurzaming van Nederland en Europa. We danken minister Hermans hartelijk voor haar tijd en betrokkenheid tijdens dit werkbezoek. De waardevolle gesprekken en gedeelde inzichten hebben onze gezamenlijke inzet voor een duurzame waterstofeconomie verder versterkt, en we kijken uit naar de volgende stappen om deze ambities waar te maken.
