In Nederland rijden op dit moment bijna 300 personenwagens op waterstof. Nu waterstof meer in het straatbeeld komt, komt ook regelmatig de vraag naar voren of waterstofauto’s in (openbare) parkeergarages geparkeerd mogen worden. De onderliggende vraag gaat over de veiligheid van waterstof. Daarover is in de samenleving nog weinig bekend. Er wordt echter al veel gedaan om het veilige gebruik van waterstofauto’s te garanderen.
Allereerst is het belangrijk om te beseffen dat iedere brandstof (of energiedrager, zoals een accu) zijn eigen specifieke eigenschappen heeft. Dus waterstof, maar ook benzine, diesel en LPG. Bij onjuist gebruik brengt elke brandstof risico’s met zich mee, ook de brandstoffen waar we al aan gewend zijn. Het gebruik van waterstof in personenauto’s is nieuw en daardoor nog onbekend. Het is daarom goed om te weten dat waterstofauto’s niet zomaar worden toegelaten op de openbare weg. Ze hebben bij fabrikanten, keuringsinstanties en wegverkeersdiensten (in Nederland is dat de RDW) alle noodzakelijke keuringen voor veilig gebruik doorlopen. Pas na goedkeuring mogen ze de weg op.
Het risico op incidenten met waterstofvoertuigen is beperkt. Ze hebben een brandstofcel en een tank die langer standhoudt in een brand dan een diesel- of benzinetank. Waterstof is bovendien lichter dan lucht, waardoor het snel opstijgt en verdunt, in tegenstelling tot bijvoorbeeld LPG. Tot slot worden waterstofauto’s niet opgeladen in de garage, waardoor er dus geen vonkvorming of kortsluiting kan ontstaan door energie-uitwisseling.
In geval van brand is er een aandachtskaart voor het omgaan met een brand van een waterstofvoertuig.
Ook wordt vanuit de infrastructuurkant ruimschoots onderzocht of er specifieke maatregelen nodig zijn voor het parkeren van een waterstofauto. Binnen Nederland worden mogelijke risico’s en de te nemen maatregelen vastgelegd in de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS). Voor motorvoertuigen – waaronder personenauto’s – is er PGS 26: ‘Richtlijn voor het veilig bedrijfsmatig stallen, onderhouden en repareren van motorvoertuigen’. Deze publicatie gaat over het gebruik van aardgas en de gecomprimeerde aardgasvormen CNG en LNG. Waterstof maakt hier echter nog geen deel van uit.
Er is vanuit de markt een voorstel gedaan om waterstof aan deze PGS 26-richtlijn toe te voegen. Ook heeft het Ministerie van BZK het NEN verzocht een nieuwe NEN-norm op te stellen voor de volledige brandveiligheid van parkeergarages, waarbij rekening wordt gehouden met de nieuwe energievormen voor mobiliteit. Dus inclusief elektrische auto’s en auto’s die rijden op waterstof. Deze NEN-norm is naar verwachting in 2021 gereed en kan daarna in de landelijke bouwregelgeving worden opgenomen.
Binnen het Waterstof Veiligheid Innovatie Programma (WVIP) – onder NLHydrogen – wordt het onderwerp ook behandeld. Het WVIP zal een notitie opstellen om richting te geven aan de discussie